Weerbaarheid in een woelig Westerkwartier

Wat betekent het om weerbaar te zijn in een wereld vol onzekerheid? Die vraag stond centraal tijdens de vijfde editie van de bijeenkomst ‘Vooruitkijkspiegel’, georganiseerd in de gemeente Westerkwartier.

In een wereld waarin oorlog, klimaatverandering en geopolitieke spanningen steeds dichterbij komen, gingen procesmanager en ruimtelijk strateeg Titian Oterdoom en bijzonder hoogleraar Stadsstudies en Planologie aan de Rijksuniversiteit Groningen, Zef Hemel in gesprek over hoe we lokaal kunnen omgaan met wereldwijde uitdagingen.

De wereld verandert – en dat raakt ook het Westerkwartier

Titian Oterdoom trapte af met een confronterende blik op de huidige staat van de wereld. Hij benadrukte dat oude zekerheden steeds minder houvast bieden. “De geopolitieke en economische onzekerheid is historisch groot,” stelde hij. Oterdoom haalde een recente waarschuwing aan van de Nederlandsche Bank over het belang van paraatheid. De boodschap: wie denkt dat stabiliteit vanzelfsprekend is, komt bedrogen uit.

Lokaal doen wat wél kan: water en energie

Toch hoeven we volgens hem niet machteloos toe te kijken. Juist op lokaal niveau zijn er volgens Oterdoom volop kansen. Hij zoomde in op twee cruciale thema’s: water en energie. De uitdagingen zijn groot – van droogte tot netcongestie – maar in beide gevallen ligt er lokaal invloed en handelingsperspectief. “We spoelen miljoenen kuubs zoet water weg, terwijl we even later schaarste ervaren. Dat is niet logisch.”

Hij pleitte voor betere samenwerking tussen gemeenten, waterschappen en inwoners. Ook wees hij op mogelijkheden om lokaal energie op te wekken én op te slaan, bijvoorbeeld via waterstof, zoals in Duitsland al gebeurt. “Waarom zouden we dat hier niet kunnen? Met steun van fondsen als de NOM of het Waddenfonds kunnen we daar pilots voor starten.”

De wereld als cruiseschip op drift

Zef Hemel vervolgde de avond met een filosofischer betoog. Met de film Triangle of Sadness als metafoor schetste hij een samenleving als een cruiseschip op drift. “We weten niet waar we heen gaan, de storm komt eraan, maar aan boord blijven we oesters eten.” Volgens Hemel zijn we het contact kwijt met de basis: water, voedsel en verbondenheid met het landschap.

Een pleidooi voor de terugtocht

Geïnspireerd op de Odyssee van Homerus pleitte Hemel voor een mentale terugtocht. “We worden op de proef gesteld. Dit is geen tijd meer voor meer, groter, sneller. Het is tijd voor wijsheid, voor geduld, voor het herontdekken van wat er werkelijk toe doet.”

Hij uitte stevige kritiek op grootschalige plannen zoals de Lelylijn en extra bedrijventerreinen. In plaats daarvan wees hij op hoopvolle initiatieven zoals Groeningen en ’t Wad tot Stad: kleinschalige projecten die inspelen op klimaat, landschap en gemeenschapszin. Om terug te gaan naar de basis en niet klakkeloos vooruit te willen in de vaart der volkeren. Stilstand is nodig om de toekomst tegemoet te treden. Terug naar de basis van ons gebied.

De kracht van kronkelige paden

Burgemeester Ard van der Tuuk sloot de avond af met een reflectief eindwoord. Hij sprak over de kronkelige paden van het Westerkwartier – zowel letterlijk als figuurlijk. “Onze wegen lopen niet in rechte lijnen. En dat is maar goed ook,” zei hij. “Een kronkelig pad geeft je de tijd om na te denken, om keuzes te overwegen, om af en toe stil te staan. Juist in deze tijd is dat waardevol.”

Samen bouwen aan weerbaarheid

Die metafoor vatte de avond treffend samen. In een wereld vol druk, snelheid en schijnbare oplossingen, bood deze bijeenkomst een ander perspectief: een pleidooi voor vertraging, verbondenheid, lokaal initiatief en moedige keuzes. Het Westerkwartier staat niet stil. Maar de richting waarin het beweegt, mag kronkelig zijn.