Als er wordt nagedacht over her- of nevenbestemming van religieus erfgoed dan zijn er een aantal punten die belangrijk zijn om rekening mee te houden. Deze punten hebben invloed op de mogelijkheden van het gebouw en op de manier waarop een project wordt aangepakt. 

1.    Monumenten status

Of een gebedshuis een monumentale status heeft, heeft een impact op wat er mogelijk is qua aanpassingen aan het gebouw. Een monument mag namelijk niet zomaar aangepast worden. Een monument heeft daarentegen wel meer mogelijkheden om subsidie aan te vragen voor bijvoorbeeld onderhoud en in stand houding.

2.    Interieur

Het interieur van een gebedshuis bestaat uit vaste (onroerende) en losse (roerende) onderdelen. Soms zijn onderdelen van het interieur van monumentale waarde – bijvoorbeeld het orgel – of zelfs het gehele interieur. Dit kan aanpassingen aan het gebouw lastiger maken. Vaste onderdelen zoals (heren)banken, en een preekstoel zijn ook van invloed op de mogelijkheden. Het Catharijne convent kan helpen het interieur in kaart te brengen en hier een waardestelling van te maken.

3.    De religie

Met welke religie heb je te maken? In de gemeente Westerkwartier staat een Hindoetempel. De rest van de gebedshuizen zijn Christelijk (Katholiek of Protestants). Een Katholieke kerk is “gewijd”. Dat betekent dat het gebouw heilig en gezegend is en letterlijk de plek waar God woont. Voor de Protestanten is dat anders: zij zien hun kerk als de plek waar zij het geloof uitoefenen, maar voor hen is het gebouw zelf niet heilig. Dit heeft implicaties voor her- of nevenbestemmingen. Een gewijde Katholieke kerk mag niet zomaar herbestemd worden. Daarvoor moet het gebouw eerst onttrokken worden aan de eredienst door de bisschop van het gebied. Zoek daarom uit met welk geloof je te maken hebt en hoe zij tegen hun gebedshuis aankijken. 

4.    Duurzaamheid

Hoe zit het met de energie en warmte regulering van het gebouw? Is het gebouw geschikt voor groepen mensen? Kan het gebouw bijvoorbeeld makkelijk en snel warmer en kouder gemaakt worden? Gaat er veel warmte verloren? Op welke manier kun je het gebouw verduurzamen? 

5.    Kerkhof

Is er een kerkhof aanwezig bij het gebouw en wie is eigenaar van het kerkhof? De aanwezigheid van een kerkhof – funerair erfgoed – heeft speciale aandacht nodig. Dit zijn plekken waar mensen heen gaan om hun geliefde(n) te herdenken. Het is daarom een belangrijk punt van aandacht bij het zoeken naar een her- of nevenbestemming.

6.    Parkeerruimte en overlast

Is er parkeerruimte aanwezig bij het kerkgebouw? Zo ja: sluit dit aan bij het gewenste nieuwe gebruik van het kerkgebouw of gaat de nieuwe functie eventueel voor overlast voor de buurt zorgen? Geeft het nieuwe gebruik op andere manieren overlast voor de buurt? Bijvoorbeeld door geluid? 

7.    Voorzieningen in het dorp

Wat zijn de huidige voorzieningen in de omgeving? Breng ook de voorzieningen-behoeften van het dorp in kaart. Op welke manier kan het kerkgebouw bijdragen aan de leefbaarheid van de omgeving?

8.    Participatie

Aansluitend op het bovengenoemde punt is participatie erg belangrijk. Natuurlijk binnen de kerk (van de gemeenteleden), maar ook participatie van niet-kerkelijken is belangrijk. Dit geeft inzicht in de behoefte van de omgeving. Daarnaast hebben niet-kerkelijke omwonenden vaak een andere – misschien frisse – invalshoek. Als een project op veel draagvlak kan rekenen van de omgeving dan zal het eerder slagen en voor een gevoel van verbondenheid zorgen. 

9.    Bestemmingsplan

Wat is het huidige bestemmingsplan en wat is hierbinnen mogelijk? Als plannen van een kerkelijke gemeente voor her- of nevenbestemming niet mogelijk zijn binnen het bestemmingsplan, wat is er dan nodig om dit eventueel wel mogelijk te maken?

10.    Akoestiek

Als een kerk een nieuwe of extra functie krijgt, is het goed om stil te staan bij de akoestiek van het gebouw. Past deze bij de nieuwe plannen? Moet er iets aangepast worden voor het nieuwe gebruik? Denk hierbij ook na over slechthorenden en of hier aanpassingen voor gedaan moeten worden. 

11. Verschillende soorten eigenaren

Het eigenaarschap dat vaak het meest voor de hand ligt in onze maatschappij is de economische of juridische eigenaar, maar dit is niet het enige soort eigenaarschap dat er is. In het geval van erfgoed en misschien nog wel meer in het geval van kerkgebouwen ligt dit vaak minder zwart wit. Een kerkgebouw voelt voor veel mensen als ‘een beetje van iedereen’. Dit heet sociaal eigenaarschap. Daarnaast voelt een kerkgebouw welke herbestemd is voor gelovigen regelmatig nog steeds als een kerk en daarom als ‘eigendom’ van hun religieuze groep. Dit heet cultureel eigenaarschap. Eigenaarschap ligt in dit geval dicht bij verbondenheid met het gebouw en heeft met gevoel en met identiteit te maken. (Religieus) erfgoed kent dus verschillende soorten eigenaren. Als de economische eigenaar verandert, veranderen de sociale en culturele eigenaar vaak niet. Het is belangrijk hierbij stil te staan, vooral bij herbestemmingen.